De leerlingenraad heeft als doel om:
- de betrokkenheid van de leerlingen te vergroten
- de verantwoordelijkheid voor schoolse zaken te bevorderen
- de leerlingen laten ondervinden wat realistisch en haalbaar is
- aan te geven dat leerlingen een eigen stem hebben binnen de school, zodat ze weten dat ze mee tellen
- de leerlingen spelenderwijs kennis te laten maken met democratische beginselen
- bevorderen van actief burgerschap
Hoe is de organisatie van de leerlingenraad?
Uit de groepen 5 t/m 8 worden twee vertegenwoordigers gekozen; in de groepen 5 en 7 worden er in september verkiezingen gehouden. Voor de verkiezingen leggen de leerkrachten de groepen uit wat een leerlingenraad is, wat er van leden verwacht wordt en hoe de verkiezingen verlopen.
Vervolgens kunnen leerlingen aangeven zich verkiesbaar te willen stellen voor de leerlingenraad.
De kiesplicht geldt voor elke leerling uit groep 5 t/m 8. De kandidaten worden per groep op een stemlijst geplaats. De klas mag hun stem uitbrengen. De 2 kinderen met de meeste stemmen zullen namens de groep het woord voeren tijdens de vergaderingen van de leerlingenraad.
De leden verdelen in de eerste vergadering de taken (notulant, secretaris enz.).
De leerlingenraad komt ca. 6 keer per jaar bij elkaar onder schooltijd.
Bij elke vergadering is een leerkracht en een ouder namens de schoolraad aanwezig als adviseur/begeleider/vraagbaak.
De leden van de leerlingenraad lichten de besluiten van de leerlingenraad toe in hun eigen klas aan de hand van het verslag dat wordt opgesteld door de notulant.
De groepsleerkrachten worden via het verslag ook geïnformeerd. De leerlingen blijven 2 jaar lid van de leerlingenraad.
Waarover kan een leerlingeraad vergaderen?
- De leerlingenraad heeft een ideeënbus, waarop ideeën ingebracht kunnen worden
- De leerlingenraad neemt ideeën mee vanuit de klas
- Leden van de leerlingenraad worden aangesproken
- Leden van de leerlingenraad komen zelf met ideeën
- Het team kan bespreekpunten inbrengen
- Een kringgesprek voor de vergadering gaat vooraf aan het vaststellen van de agenda
Voorbeelden:
- Hoe wordt het buiten spelen op het schoolplein leuker?
- Kunnen we leukere boeken krijgen in de klassen?
- Voor welk goed doel kunnen we een sponsoractiviteit doen?